Zeebrievenwet
Artikel 6a
1
Een zeebrief, als bedoeld in artikel 4a, wordt in naam van de Koning uitgereikt door de met de uitvoering van deze wet belaste Minister tegen overlegging van een recent afschrift van de inschrijving in het rompbevrachtingsregister, genoemd in artikel 2 van de Wet nationaliteit zeeschepen in rompbevrachting, alsmede de meetbrief. Deze zeebrief kan slechts worden afgegeven voor de tijdsduur gedurende welke het schip krachtens de rompbevrachtingsovereenkomst ter beschikking van de rompbevrachter is gesteld, maar in elk geval niet langer dan vier jaren na de dag van afgifte.
2
Indien nog geen meetbrief kan worden overgelegd, kan de met de uitvoering van deze wet belaste Minister voor een zeeschip, dat is ingeschreven in het rompbevrachtingsregister, genoemd in artikel 2 van de Wet nationaliteit zeeschepen in rompbevrachting, een voorlopige zeebrief uitreiken. Deze voorlopige zeebrief is geldig voor de daarin vermelde termijn, welke de tijdsduur van zes maanden niet mag overschrijden.
3
Artikel 6, derde lid, is van toepassing.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.